Jaap Kolkman overleden

'Aside'

Afgelopen zaterdag, op 19 januari 2019,  is Jaap Kolkman overleden.
Jaap heeft veel betekend voor Kerk & Buurt. Toen hij samen met Gé, besloot om hun schip vaarwel te zeggen en aan de wal te gaan wonen hebben zij zich vol ingezet voor de Nassaukerk en Kerk & Buurt.
‘Handen uit de mouwen’, dat past bij Jaap. Jarenlang maakte hij het koksrooster voor Filah. Samen met Gé maakte hij tot voor kort de lekkerste macaroni.

In Memoriam Kees Koekenbier


Op vrijdag 6 juli 2018 is Kees Koekenbier, toch nog onverwacht, overleden, 72 jaar oud. Hij is jarenlang een geregeld bezoeker van FILAH geweest en is daar bijna even zo lang ook een vaste kok geweest.

Kees groeide op in een slagersfamilie hier in de stad en heeft, samen met zijn broer, de door hun vader begonnen slagerij in de Jacob Obrechtstraat, voortgezet. Dat was vlakbij het Vondelpark, dat in de jaren zeventig naast de “flower-power”-bezoekers ook vele daklozen en verslaafden aantrok. Hier kwam hij in contact met heel veel mensen aan de rand van de samenleving en velen daarvan heeft hij persoonlijk leren kennen. Samen met enkele buren werden dan maaltijden samengesteld en  naar het park gebracht. Kees zal daar een groot aandeel in hebben gehad, want hij hield van koken.

Naast zijn werk in de winkel raakte Kees als vrijwilliger ook betrokken bij het Stoelenproject (in de kelder van de parkeergarage aan de Nassaukade), het werk van de Regenboog, koken op de “bik-bus”, die op enkele plekken in de binnenstad warme maaltijden verstrekte, de Voedselbank en ook bij FILAH.

In al dit vrijwilligerswerk kwam hem zijn ervaring, die hij in de slagerij had opgedaan, goed van pas. Kees had vele connecties en struinde wekelijks leveranciers en supermarkten af op zoek naar overgebleven, maar nog goede artikelen.
Hij was een uitstekend onderhandelaar waardoor hij overal veel “los” kreeg. Hij had een auto met een grote laadruimte, waarin hij alles makkelijk kon opslaan en vervoeren naar een aantal inloophuizen, waaronder ook FILAH en de Schakel (naast Nassaukerk)

Rond de eeuwwisseling kon Kees’ broer door ziekte niet meer in de winkel werken en zou het runnen van de zaak geheel op Kees’ schouders terechtkomen, een zware taak die hij eigenlijk niet aankon. Hij kreeg een burn-out en de winkel werd gesloten. Gelukkig kon hij in de woning boven de zaak blijven wonen en kon hij zo geleidelijk aan zijn vrijwilligerswerk weer oppakken.

In FILAH (in de v.d. Hoopstraat) is Kees zo’n 20 jaar een vaste bezoeker geweest en bijna even zolang een gewaardeerde kok. Eén keer per maand stond Kees op het rooster en vooral zijn patat werd gewaardeerd omdat geen enkele andere kok ooit patat maakte. Hij moest wel voor 40 bezoekers koken, maar daar draaide hij zijn hand niet voor om. De patat werd altijd geserveerd met gehakt, frikadel en een frisse salade. Altijd genoeg, ook voor een tweede portie! In de winter was het vaak lekkere winterkost.
Voor Kees was koken altijd een sociaal gebeuren, of het nu bij vrienden thuis was of in FILAH; hij vond het heerlijk als hij samen met anderen een maaltijd kon klaarmaken. Een geliefd thema van hem was: “Met Koekenbier meer plezier”. Maar soms moest hij wel wat in toom worden gehouden als hij plotseling met nieuwe ideeën  kwam en die meteen in FILAH wilde uitwerken.

Eén van Kees’ belangrijkste eigenschappen was toch wel, dat hij betrouwbaar was; en consequent in het nakomen van afspraken, en vasthoudend in het blijven doorgaan met de dingen waarmee hij bezig was.

Jarenlang heeft Kees in FILAH ook als een soort taxidienst gefungeerd door oudere bezoekers na afloop naar huis te brengen, vooral als het slecht weer was. En óf dat gewaardeerd werd!

Zijn gezondheid ging de laatste jaren steeds meer achteruit en zaken die hij het meest vreesde, werden snel na elkaar werkelijkheid: het koken in FILAH moest hij opgeven, zijn rijbewijs werd ingenomen en hij kon niet meer thuis blijven wonen. Eind 2017 kreeg hij een kamer in een verzorgingshuis, waar hij zich uiterst ellendig voelde.
Gelukkig had hij zijn auto nog en met  Gunther als chauffeur kon hij zich nog redelijk verplaatsen; hij bleef FILAH zo veel mogelijk bezoeken, at een paar hapjes van elke maaltijd en was steeds heel erg moe.

Kees is altijd zonder partner gebleven en had daardoor (naar eigen zeggen) alle tijd voor vrijwilligerswerk, vooral ten dienste van hen die zich aan de onderste kant van de samenleving bevonden. En voor die dienst heeft hij zich volledig ingezet en die tot aan het eind volgehouden.

Rob Goslinga
Didi Jansen
Henk Slooijer

 

 

 

                                                                                           

In Memoriam Dick Ruit (1951-2018) en Anna Dekker (1950-2018)

Dick Ruit overleed op vrijdag 18 mei. Twee dagen later, op zondag overleed Anna Dekker, zijn partner.  Op woensdag 30 mei werden beiden begraven op Sint Barbara.

Henk Slooijer, gastheer bij Filah, gaf bij het afscheid zijn persoonlijke herinnering.

De eerste keer dat ik bewust met Dick te maken kreeg is al meer dan vijftien jaar geleden. Toen was er in de Houthavens nog braakliggende grond. Tegen een aarden wal aan, was een ondiepe kuil,  afgeschermd tegen de wind met een paar schotten en zeil. Daar trof ik Dick aan, samen met Peter, genietend van de zon, wat blikjes bier (en zeker ook wat wiet). Ik weet het niet meer, maar ik zal zeker van hun bier hebben mogen meedrinken.
Beiden kende ik van Filah, de eettafel van Kerk & Buurt in de Van der Hoopstraat. Zij waren vaste bezoekers, ik was vrijwilliger. Door die ontmoeting waren ze plotseling niet meer “zomaar bezoekers”, maar groeide er een speciale band tussen ons, die tot heden is gebleven.
De kennis die Dick in zijn jaren op de grote vaart had opgedaan, kwam bij Filah goed van pas. Hij hielp met allerlei reparaties. Hierdoor was hij ook vaak buiten Filah-uren aanwezig en toen er een vaste schoonmaker werd gezocht, was hij blij met dat baantje.
Dick is jarenlang dakloos geweest en dat is een hard leven. Op een goede dag ontmoette hij Anna en leerde haar beter kennen. Dick heeft dat als een groot geluk beschouwd. Hij kon bij haar komen wonen en kreeg een dak boven zijn hoofd. En zij kreeg een man die haar met veel dingen hielp die ze zelf niet meer kon. Maar bovenal:  ze hielden van elkaar. Tot het eind toe!
Ze zijn elkaar tot grote steun geweest. Zij hadden elkaar nodig en dat is in de loop der jaren alleen maar intensiever geworden. Dick zette zich voor 100 procent voor haar in; niets was hem te veel. Dat viel hem niet altijd even makkelijk. Anna vroeg soms erg veel aandacht en als het hem te veel werd, kon hij bij Filah even op adem komen.
Ze waren veel samen en hadden weinig behoefte aan andere contacten. Dick wilde geen contact meer met zijn familie en ook voor Anna was  het een grote opgave om de relatie met haar familie in stand te houden.
Hierover werd eigenlijk niet zoveel gesproken als ik bij hen op visite was. Dan werden er kaarsjes aangestoken en maakte Anna in de keuken hapjes klaar. En zeker ontbrak dan ook de rosé niet. Ik weet niet hoeveel flessen we in al die jaren soldaat hebben gemaakt. Het waren avonden waaraan ik met veel genoegen terugdenk, ondanks de vele kibbelarijen tussen die twee.
Maar met Anna ging het slechter en zij had steeds meer hulp nodig. Elke week één of twee keer naar fysiotherapie in de van Hallstraat;  samen heel voorzichtig lopend, en nog voorzichtiger terug. Er kwam een rollator en later een rolstoel. En altijd was Anna aangesloten op die zuurstofslang.
Ook met Dicks gezondheid ging het niet goed. Vier jaar geleden zakte hij op straat zomaar in elkaar, hartinfarct. In het ziekenhuis hebben ze hem er weer bovenop geholpen. Eigenlijk moest hij worden gedotterd, maar dat wilde hij niet. Bovendien was hij niet verzekerd. Dick wilde sowieso niets te maken hebben met wat voor instantie dan ook.  En daarin was hij heel koppig. Vanuit Kerk & Buurt is er vaak met hem over gepraat, maar hij bleef hardnekkig weigeren iets in zijn situatie te willen verbeteren of hulp te aanvaarden.
De laatste jaren kreeg hij steeds meer last van zijn been, waardoor het schoonmaken in Filah zwaarder werd. Ook de zorg voor Anna kostte veel energie. We merkten het aan zijn houding. Om  kleinigheden kon hij hard uitvallen en wekenlang blijven mokken.
Hij heeft het nog tot de herfst van 2017 volgehouden, maar toen heeft hij zijn werk in Filah op moeten geven. Voor Anna heeft hij, ondanks de pijn in zijn been, tot het laatst toe gezorgd.
Anna werd jaarlijks één of twee keer voor een korte periode in het OLVG opgenomen; daar probeerden ze haar wat op te peppen om het leven een beetje draaglijker te maken. Midden mei was ze weer in het OLVG en vrijdag zou Dick haar komen halen om naar huis te gaan. Na vele vergeefse telefoontjes heeft het ziekenhuis de politie ingeschakeld om te gaan kijken. Die vond Dick dood in huis. Een tweede hartinfarct heeft hij niet overleefd. Die vrijdag en zaterdag hebben enkele mensen van Filah Anna bezocht. Ze troffen haar totaal ontredderd aan. Zonder Dick wilde zij niet verder leven.
Op internet vond ik een gedicht, zomaar door iemand juist die dag geschreven en daarin vond ik precies weergegeven, hoe ik Anna die middag aantrof:

Als ik zie
dat jouw leven niet meer leefbaar is
kwetsbaar en moegestreden
zoals je daar ligt
Hoor! hoe elke zucht
stokkend door je lichaam raast
bid ik, dat nu stilletjes
je mond de laatste adem uitblaast

Na een heel onrustige nacht,  is Anna de volgende ochtend toch in alle rust overleden.

Mogen wij het als een zegen beschouwen, dat zij beiden zo snel na elkaar zijn overleden en nu, vrij van alle gebreken, voor altijd bij elkaar zullen blijven.

Henk Slooijer